Meldine de zieneres - Alles van het MARNEGEBIED

Zoeken
Ga naar de inhoud

Hoofdmenu:

Meldine de zieneres

Historie - 2

Marnegebied - Meldine de zieneres
Meldine, de zieneres uit Zoutkamp (10 mei 1813 - 3 oktober 1890)
De bekende zendeling de Neve vertelde eens uit zijn ervaringen in Indië het volgende: Naar een afgelegen dessa was voor de afvoer van handelsproducten vanaf de kust door de wildernis een brede weg aangelegd. Toen de Spaanse griep en andere kwalen de bevolking gingen teisteren, was de eenstemmige uitspraak, dat de weg er niet had moeten komen, want juist daardoor hadden de boze ziekten naar de dessa kunnen komen.
Voor het Marnegebied zou hetzelfde kunnen gelden, maar dan in omgekeerde zin. De aanleg van verharde kunstwegen, die een betere verbinding met de buitenwereld mogelijk maakten, heeft tengevolge gehad, dat tal van vormen van bijgeloof langzamerhand uit deze streken verdwenen zijn. En de witte wieven, de borries of stommelstaart, de veurlopen en nalopen, de gans-arends, om maar enkele vormen van spokerij te noemen, kent men alleen nog van horen zeggen; ook de oude spookplaatsen weet men thans meestal niet meer aan te wijzen. Met deze vormen van bijgeloof is de helderziendheid, waarvan bij enkele mensen sprake is, niet gelijk te stellen.

De eeuwen door; van de vroegste tijden af, zijn er mensen geweest, die de gave der profetie bezaten en de komende dingen der toekomst gingen voorspellen. Ook onze provincie heeft ze gehad; de meest bekende is wel Jaarfke geweest, die voor enige eeuwen in het Dollardgebied woonde. Zijn voorspellingen zijn herhaalde malen gedrukt, in proza en dichtvorm uitgegeven en nog zijn bij het volk de profetieën van Jaarfke niet vergeten.

Zoals het Oosten van onze provincie zijn Jaarfke had, zo bezat Zoutkamp in de vorige eeuw zijn Meldine.
Dinemui noemde men haar ook wel eens. Haar eigenlijke naam was Ludgerdina Louwes Bol en omdat ze gehuwd was met de visserman Melle Waalkes Balk, kreeg ze naar ouder gewoonte al spoedig de naam Melles Dina, die tot Meldine werd. Ook haar vader Louwe Jans Bol was visser, terwijl haar moeder Geeske Rijpkes Beukema stamde uit een bekend boerengeslacht te Vierhuizen. Uit dit huwelijk werd als negende kind Ludgerdina Louwes Bol geboren, op 10 mei 1813. Het moet een merkwaardige vrouw geweest zijn. Volgens de beschrijving was ze klein van gestalte, met donker haar en heldere bruine ogen. Men zei van haar, dat ze met de helm geboren was en dat ze dus het ,,tweede gezicht" had, m.a.w. dat zij voorspellingen kon doen. Van haar gaven heeft ze nog al eens gebruik gemaakt en verschillende van haar dorpsgenoten kwam onder haar invloed.
Samen vormden ze zelfs een sekte, "De Heilige Geest".

De predikanten van die tijd verkondigden volgens deze sekte niet de ware leer en zo werden door de aanhangers bijbel oefeningen gehouden in de huiskamers, waar tal van persoonlijke opvattingen, vooral over leven en dood, naar voren konden komen. Vooral bij begrafenissen, in de sterfhuizen, kwamen deze tot uiting, want juist dan openbaarde zich de Heilige Geest en zond in de hoofden der aanhangers boodschappen over de toekomst van de ziel van de overledene. Toen twee der opzieners van de sekte in hun geestdrijverij tenslotte tot onbezonnen daden overgingen, kwam een deel der aanhangers tot inkeer; hun aantal verminderde zienderogen en nog bij het leven van Meldine was de sekte geheel verlopen. Welk aandeel Meldine in de werkzaamheid der sekte gehad heeft, is niet bekend, ook zelfs niet of zij er de oprichtster van geweest is.

Wel is het zeker, dat zij op de gedachtevorming van verschillende aanhangers een grote invloed heeft gehad. Tal van uitspraken en voorspellingen worden haar in de mond gelegd. Verschillende er van zijn uitgekomen, sommige ervan nog bij haar leven, alleen is het zeer te betreuren, dat niet met zekerheid is vast te stellen, wanneer zij die profetieën heeft gedaan. Ze zouden dan zeer aan belangrijkheid hebben gewonnen. Enkele dezer voorspellingen mogen hier volgen:

1. Er zal een tijd komen, dat de meeste koningen hun troon zullen verliezen.

2. Er zullen zeer zware tijden komen.

3. In grote landen zullen grote en vele volken opstaan.

4. Ons land zal er buiten blijven.

5. Een heel groot volk zal overwinnen.

6. Zoutkamp en Vierhuizen zullen aan elkander groeien.

7. Er zullen op de Zoutkamp grote zijlen komen.

8. Door de "Gronden" (tussen Zoutkamp en Ulrum) zal een groot kanaal gegraven worden.

9. Vreemde schepen zullen dwars over `t land zeilen met topzeil en bramzeil.

10. Allerhande vreemde schepen zullen op Zoutkamp komen, ook ijzeren, met machines er in en ook klipschoeners met raas.

11. Naar Ulrum zal een trein rijden.

12. Mensen zullen rijden op twee wielen en ook in wagens zonder paarden, met lichten voorop.


Vooral op de tweede voorspelling kwam Meldine herhaaldelijk terug. Sprak hierin nog het pessimisme van haar voorgeslacht, boer en visser? Verschillende van haar voorspellingen zijn werkelijkheid geworden, andere wachten nog op de vervulling, zoals b.v. het aaneengroeien van Zoutkamp en Vierhuizen. Wanneer?

Dat Meldine zelf overtuigd was van de vervulling van haar voorspellingen blijkt uit het feit, dat ze eens naar Burgemeester Van der Ley van de Panser gegaan is, om hem te verzoeken als minister op te treden, wanneer alles in de war zou lopen. Meldine overleed 3 oktober 1890 te Zoutkamp. Ze was lange jaren weduwe geweest, want haar man was reeds in 1851 overleden.

Vier kinderen had ze, allen zoons. In ons land wonen geen nakomelingen van haar; want de oudste is ongehuwd gebleven en de jongste bleef op zee. De twee anderen zijn naar Amerika getrokken en hebben daar een gezin gesticht. Vermoedelijk zullen daar dus nog nakomelingen aanwezig zijn. Een zeer bijzondere vrouw is zij zeker geweest en haar naam zal in Zoutkamp nog wel niet vergeten zijn. Op het kerkhof zal men haar grafstede niet terug kunnen vinden. Ze was arm en geen paal of ander gedenkteken geeft de plaats aan, waar zij ter ruste is gelegd.

 
Copyright 2015. All rights reserved.
Terug naar de inhoud | Terug naar het hoofdmenu